Vleesvervangers vallen onder bedrijfstakpensioenfonds voor gemaksvoedingsindustrie
Like Meat maakt vleesvervangers op basis van soja- of erwtenproteïne, zoals veganistische gehaktballen en frikandellen. Het bedrijfstakpensioenfonds voor Vlees, Vleeswaren, Gemaksvoeding en Pluimveevlees (hierna: VLEP) is in 2016 van mening dat Like Meat niet onder het verplichtstellingsbesluit valt. De producten zijn geen ‘gemaksvoeding’.
In 2018 wijzigt het verplichtstellingsbesluit. In 2021 concludeert VLEP dat Like Meat tóch onder de werkingssfeer van het verplichtstellingsbesluit valt. Opmerkelijk, want de definitie van ‘gemaksvoeding’ is in 2018 niet aangepast. Bovendien zijn de bedrijfsactiviteiten van Like Meat sinds 2016 niet meer veranderd.
VLEP besluit Like Meat met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2018 aan te sluiten. Hierdoor moet Like Meat vanaf die datum verplicht premies afdragen. Like Meat krijgt wel de mogelijkheid om vrijstelling aan te vragen voor de afgelopen periode, omdat het bedrijf inmiddels al ergens anders een pensioenvoorziening had afgesloten. Like Meat is het hier niet mee eens.
Kantonrechter: Like Meat valt niet onder verplichtstellingsbesluit
De kantonrechter stelt Like Meat in het gelijk. Het produceren van vleesvervangers valt niet onder de definitie van ‘gemaksvoedingsindustrie’ zoals in het verplichtstellingsbesluit. Waarom? Nou heel simpel, omdat de producten geen vlees bevatten. VLEP is het daar niet mee eens en gaat in hoger beroep.
Gerechtshof: ook veganistische producten vallen onder ‘gemaksvoeding’
Onder ‘gemaksvoeding’ vallen volgens het Hof niet alleen producten die vlees bevatten. In onze huidige maatschappij eten we steeds minder vlees en zoeken we naar alternatieven. Ook veganistische producten vallen onder de definitie ‘gemaksvoeding’.
VLEP mocht volgens het Hof terugkomen op haar eerdere – en achteraf onjuiste – uitleg van het verplichtstellingsbesluit uit 2016. Like Meat moet dus alsnog met terugwerkende kracht de pensioenpremies betalen.